Marleen Ouwerkerk

Creativity is the mind having fun

#10 EN/OF

Ik parkeer de auto op de oprit en met een zwaar gevoel in mijn benen loop ik naar binnen. Het voelt vreemd om mijn eigen huis in te gaan onder deze omstandigheden. Lucy zit op de bank. Ze heeft de tv aanstaan en kijkt niet op of om als ik binnenkom.
‘Ik ben er,’ zeg ik en ik laat mijn autosleutels met redelijk wat kabaal op tafel vallen, zodat ik zeker weet dat ze hoort dat ik er ben.
‘Ik kom zo, even dit afkijken,’ zegt ze en daar kan ik het me doen. Ik raak geïrriteerd van deze opmerking en loop naar haar toe. Ze kijkt nog steeds niet op of om.
‘Lucy, ik kom hier om te praten. Niet om te wachten tot je je tv-programma hebt gezien.’ Ik pak de afstandsbediening en zet het ding uit. Lucy vliegt overeind.
‘Blijf verdomme van die afstandsbediening af!’ snauwt ze me toe. Lucy gist de afstandsbediening uit mijn hand en zet de tv aan.
‘Lucy, alsjeblieft… als je niet wil praten, had het dan gezegd, dan was ik weggebleven!’
‘Ik wil best praten, ná mijn programma.’
‘Oké, laat maar, ik ben weg,’ zeg ik en ik loop naar de tafel om mijn autosleutels te pakken.
‘Voelt rot hè, als iemand meer aandacht heeft voor iets anders dan voor jou,’ Bam! Een steek onder water. Die was raak. Ik sta als aan de grond genageld. Een vreemd gevoel vloeit er door mijn lichaam. Is het verdriet? Is het woedde? Is het wanhoop? Ik weet niet wat het is, maar het komt er sneller uit dan dat ik het kan controleren. Ik draai me op mijn hakken om en kijk naar Lucy, die nog steeds naar het beeldscherm staart. Ik neem een grote hap adem en dan komt het er allemaal uit. Alles wat ik gisteren en zojuist binnen heb gehouden vliegt uit mijn mond, als pijlen die afgevuurd worden en Lucy is mijn prooi.
‘Wat zeg je daar? Wat zei je nu tegen me? Kijk me verdomme aan als ik tegen je praat!’ schreeuw ik en ik zie dat Lucy schrikt van de toon waarop ik tegen haar praat, of zeg maar gerust schreeuw.
‘Ik zei dat het rot voelt als iets anders meer aandacht krijgt dan jij! Met name als die aandacht van je vriend hoort te komen, die blijkbaar meer om andere dingen geeft dan om mij,’ snauwt Lucy op een bitse toon.
‘Ach jij! Hou toch op Lucy! Jij denkt dat ik je expres pijn wil doen? Dat ik het leuk vind om te moeten kiezen tussen jou en muziek? Ik wíl helemaal niet kiezen! Jij denkt dat ik je bewust minder aandacht geef?’ Ik kijk haar vol ongeloof aan.
‘Je kunt er ook voor kiezen om een avondje met mij iets leuks te doen in plaats van weg te kruipen in die stomme muziekkamer van je! Dat is een keuze en je kiest telkens voor de muziek!’
‘Omdat je niet begrijpt hoeveel het voor me betekend!’ Ik zwaai met mijn handen om mijn woorden kracht bij te zetten.
‘Meer dan ik voor je beteken blijkbaar!’ Lucy staat op en kijkt me kwaad aan. Ik heb even geen weerwoord. Betekend muziek inderdaad meer voor me dan Lucy? Lucy ziet de verwarring en twijfel in mijn ogen.
‘Ik wist het! Ik wist het wel! Je kunt niet eens verbergen dat je verbaasd bent over het feit dat je meer om muziek geeft dan om mij!’ Lucy stormt langs me heen naar de keuken. Ik hoor glazen rommelen en de koelkast open en dicht slaan. De harde knal waarmee de koelkastdeur dichtslaat geeft aan dat Lucy boos is. Kwaad, razend, maar het kan me niets schelen, want ik ben ook kwaad. Ik ben ook razend. Alsof ik hiervoor gekozen heb? Alsof ik wil dat het zo moeilijk verloopt allemaal. Nee! Ik wil dit ook niet. Ik loop naar de keuken.
‘Lucy, ik wil dit helemaal niet, maar hoe kan ik de gevoelens die ik heb voor muziek onderdrukken? Ze zijn zo sterk!’
‘Je onderdrukt je gevoelens voor mij anders ook prima,’ bijt ze me toe. Er is werkelijk geen land met die vrouw te bezeilen. Ik haat ruzie. Ik haat het, maar ik kan er niet tegen als mensen zich zo gedragen.
‘Hou toch je kop dicht!’ schreeuw ik harder dan ik had willen doen. Het kwam gewoon mijn mond uitrollen.
‘Prima! Ik ga wel, dan kun jij lekker muziek gaan maken en met al die dames in de app aanklooien. Ik zoek wel een ander leven, zónder muziek!’ Lucy maakt aanstalten om weg te stormen, maar ik ga voor haar staan.
‘Alsjeblieft, kunnen we als twee volwassenen over deze situatie praten?’ vraag ik op een vrij kalme toon, ondanks dat ik nog steeds kook van woedde. Ik wil mezelf beheersen.
‘Max, er valt weinig te praten. Je houdt meer van muziek dan van mij. Ik snap het. Boodschap ontvangen. Duidelijker kan niet.’
‘Lucy…’
‘Nee, niks Lucy! Ga toch lekker naar je eigen kamertje muziek maken, daar wordt je tenminste wel gelukkig van! Stel je voor dat je tijd door zou moeten brengen met mij, je vriendin! Oh, dat zou pas erg zijn!’
‘En nu is het verdomme afgelopen!’ schreeuw ik en ik pak Lucy’s pols vast. Ik kijk haar dreigend aan. ‘Wil je je alsjeblieft niet zo gedragen als die kleuters bij je op school?!’ zeg ik streng.  Lucy trekt haar arm los en loopt naar de andere kan van de keuken.
‘Wil jij dan alsjeblieft zeggen wat er nog in hemelsnaam te redden valt?’ Lucy kijkt me vragend aan.
‘Alles!’ zeg ik terwijl ik mijn armen in de lucht gooi.
‘Alles?’
‘Ja! Waarom niet?’
‘Waarom niet? Omdat je niet genoeg van me houdt!’
‘Maar Lucy, dat probeer ik je al de hele tijd te vertellen! Ik hou nog steeds van je!’
‘Maar?’
‘Maar niets. Ik heb twee grote liefdes in mijn leven. Eén van die liefdes ben jij en de andere is mijn muziek. Ik kan er niets anders van maken. Ik had gewoon gehoopt dat je het zou begrijpen, al snap ik wel dat je het niet helemaal begrijpt, omdat je zelf nooit zoiets gevoeld hebt waarschijnlijk – wat ik je ook echt niet kwalijk neem –  maar ik probeer gewoon om mijn hart te volgen en ik wil je daar zo graag bij aan mijn zijde hebben.’
‘Ik weet niet of dat kan. Ik weet niet of ik aan je zijde kan blijven als je me zo verwaarloosd.’
‘Nu doe je alsof ik je mishandel of zo. Kom op. Ik heb inderdaad op het moment meer tijd nodig voor muziek, maar dat wil niet zeggen dat ik je kwijt wil.’
Lucy is even stil en kijkt verward om zich heen.
‘Ik weet het ook niet Max, ik weet het echt niet,’ zegt ze uiteindelijk en ze zucht diep. Haar toon is wat zachter.
‘Wat zou acceptabel zijn voor jou als we kijken naar de tijd die ik besteed aan muziek?’
‘Weet ik veel!’ snauwt ze. Oeps, verkeerde vraag… haar toon is alweer wat bitser dan zojuist.
‘Oké, eh wat moet ik doen, zeg het maar.’ Nu moet ze zelf met een antwoord komen, want ik weet eerlijk gezegd niet wat ik nog moet zeggen of doen, het is toch niet goed.
‘Ik weet het niet en ik wil er eigenlijk even niet over nadenken. Misschien is het beter als we elkaar even wat ruimte geven, gewoon voor een paar dagen, zodat we niet telkens in dit gevecht uitbarstten?’ Lucy friemelt wat aan haar vingers en ontwijkt mijn blik.
‘Oké, als dat is wat je wil, dan doen we dat,’ zeg ik koel, maar ik voel de steek in mijn hart. ‘Ik pak mijn spullen en ga een aantal dagen weg, zodat we beide even tot rust kunnen komen.’
Lucy knikt. Ik loop naar boven, pak mijn koffer, gooi er wat kleding en toiletspullen in en pak nog wat spullen uit mijn muziekkamer.
‘We bellen wel, of appen of zo…’ zegt Lucy als ik beneden kom. Ik knik en loop de deur uit met mijn spullen. Als ik bij de auto kom, zet ik de spullen neer om mijn sleutels te pakken. Ik voel in mijn jaszak, niks. Mijn broekzak, ook niks. Shit, de autosleutels liggen nog binnen. Ik draai me om en loop terug naar binnen. Lucy schrikt op als ik binnenkom en stopt haar telefoon in haar broekzak.
‘Geen zorgen, ik wil alleen even de sleutels pakken,’ zeg ik en ik knik naar de sleutels op tafel.
‘Oké,’ zegt Lucy op een vreemde toon. Verward door dit alles loop ik terug naar de auto. Voordat ik vertrek bel ik Tom. Ik ben welkom om bij hem te verblijven, gelukkig.

Volgende –>