‘Ik denk dat we alles hebben.’ Lucy draait langzaam een rondje door de hotelkamer en kijkt voor de zekerheid nog even onder het bed en in de kasten. ‘Ik zie niets meer liggen.’
‘Goed, dan gaan we maar. Jammer dat het erop zit, vind je niet?’
‘Ja, maar wat hebben we mooie herinneringen aan deze vakantie, Max.’
‘Wat jij zegt!’ Het was zeker een mooie vakantie. Ik denk zelfs de mooiste vakantie die ik ooit gehad heb.
Terwijl we in de lift staan en wachten totdat het ding zijn deuren opent als we op de begane grond zijn, overdenk ik in vogelvlucht de vakantie.
De lift geeft aan dat we beneden zijn. We stappen beide uit de lift en kijken op als we twee dames voor de lift zien staan. Het zijn de zoenende dames. Nou ja, ze zoenen nu niet. Oh ja, dat is ook een mooie herinnering aan deze vakantie. Ik probeer niet te lachen. De dames stappen in de lift en net voordat de deur sluit, knipoogt diezelfde dame weer naar me. Gelukkig heeft Lucy het niet gezien, ze was al naar de balie gelopen om ons uit te checken. Ze is druk aan het praten met de man achter de balie.
‘Ik hoop dat u beide een plezierige vakantie hebt gehad en wie weet zien we u hier nog een keer terug.’ De man lacht vriendelijk naar ons en pakt de sleutel van Lucy aan.
‘Even kijken, u heeft nog een klein bedrag openstaan, voor het gebruik van de minibar. Hoe wilt u deze voldoen? Contant of per pas?’
‘Graag met een creditcard betalen, alstublieft,’ zeg ik tegen de man en ik geef hem mijn creditcard.
‘Dank u wel. Alles is geregeld. Dan rest mij alleen nog u een goede terugreis te wensen en wie weet tot ziens.’ De man knikt beleefd en Lucy en ik knikken beide terug.
‘Zulke aardige mensen hier allemaal,’ merkt Lucy nog op.
‘Ja, inderdaad. Erg aardig.
Onze transfer naar het vliegveld staat al te wachten. De chauffeur van de bus waarmee we naar het vliegveld rijden, laadt onze koffers in en zegt ons dat we plaats mogen nemen in de bus.
Ik zie het stel waarmee we een dagje op pad zijn geweest zitten en wuif even naar ze. Lucy kiest een plaats uit voorin de bus en we laten ons allebei in de stoel zakken. Dit was het dan. We zijn aan het einde van onze vakantie gekomen. Ik kijk even naar Lucy, die op haar beurt naar mij kijkt en we lachen beide naar elkaar.
‘Mooie vakantie was dit, is het niet?’ vraagt ze en ze legt haar hand op mijn bovenbeen.
‘Zeer zeker. Het is de mooiste vakantie van mijn leven. Ik ben erg blij dat we dit gedaan hebben.’
‘Ja, ik ook, heel erg blij. Ik heb denk ik nu meer ingezien hoe belangrijk muziek voor je is. Het spijt me dat ik het nooit eerder gezien heb,’ zegt Lucy.
‘Het is al goed. Het is ook lastig om het te begrijpen als je niet hetzelfde gevoel hebt bij iets.’
‘Dames en heren. We zijn inmiddels compleet. Ik hoop dat u een plezierige vakantie gehad heeft. Ik ben er nog om u naar het vliegveld te rijden en daarna bent u allen op uzelf aangewezen,’ deelt de buschauffeur ons mede. ‘Ik verwacht tegen twaalf uur op het vliegveld aan te komen, dus geniet nog even van die laatste momenten hier in Noorwegen.’ De chauffeur start de bus en we rijden weg. Weg van het hotel, weg van onze geweldige vakantie.
‘Wat zal Luna blij zijn als we haar gaan ophalen bij mijn ouders,’ zeg ik terwijl ik voor me zie hoe blij Luna op ons af zal komen rennen.
‘Ja, ze zal ons wel gemist hebben, maar alles ging goed toen ik van de week met mam belde,’ zeg Lucy om me gerust te stellen. Ik heb Luna ook best wel gemist. Natuurlijk waren we druk met vakantie vieren, maar dat wil niet zeggen dat ik niet aan haar gedacht heb. Ze is al zo lang bij me, dat ik haar toch wel gemist heb.
‘Misschien moeten we een vriendje voor Luna zoeken?’ Even kijken hoe Lucy hierop reageert. Het spookte al langer door mijn hoofd, maar ik heb het Lucy eigenlijk nog niet verteld. Lucy denkt na.
‘Ja, misschien is dat wel een goed idee inderdaad. Ze is overdag altijd alleen als wij aan het werk zijn, dus misschien is het wel leuk als een speelkameraadje heeft.’ Goh, die zag ik even niet aankomen, aangezien ik weet dat Lucy niet zo’n grote dierenvriend is.
‘Nou, dan kunnen we binnenkort misschien eens naar het asiel gaan en kijken of we een buddy voor haar kunnen vinden,’ zeg ik voorzichtig.
‘Dat lijkt me een prima plan.’ Lucy knikt.
‘Dames en heren. We zijn aangekomen op het vliegveld. Ik ga zo meteen alle koffers uit het laadruim halen, let alstublieft goed op welke van u is, zodat dit niet langer duurt dan nodig is, aangezien ik niet lang op deze plek mag parkeren. Ik wens u allen nogmaals een goede terugreis en ik hoop dat u een fijne vakantie gehad heeft.’ De mensen in de bus applaudisseren voor de chauffeur en bij het verlaten van de bus geeft iedereen de chauffeur een kleine fooi. Hij heeft ons veilig overal naar toe gereden en van en naar het vliegveld gebracht, dus ja, van ons krijgt hij ook een fooi.
Met onze koffers achter ons aan, lopen we de vertrekhal binnen, checken in en wachten totdat we aan boord kunnen gaan. Gelukkig duurt het niet lang en amper drie kwartier nadat we op het vliegveld aankwam, zitten we al in het vliegtuig. Niet veel later stijgen we op en hebben we een prachtig uitzicht over de fjorden. Dit is waarschijnlijk de laatste keer dat ik dit uitzicht zal zien. Het is prachtig.