Woedend gooi ik de formulieren op de grond en kijk hem briesend aan. Hoe durft hij? Hoe heeft het lef mij dit te vertellen? Wie denkt hij wel dat hij is?
Met mijn kaken op elkaar geklemd staar ik naar het gestalte voor me, dat zich kennelijk nergens echt druk om lijkt te maken.
‘Waarom kom je hier nú mee?’ Ik probeer het kalm te vragen, maar hoe kan ik en hemelsnaam kalm reageren op dit nieuws?
‘Eh, ja, ik weet het niet…’ Liam haalt zijn schouders op. ‘Ik dacht: ik kan het beter nu zeggen, want anders dan, tja je weet wel, dan zouden we samenwonen…’
Ik doe mijn mond open om iets te zeggen, maar het lukt niet. Hij staat daar maar te staan als een verrotte zak aardappelen.
‘En het is niet in je opgekomen om misschien in een iets eerder stadium – bijvoorbeeld vóórdat je mij al deze papierzooi liet uitzoeken – iets te zeggen?’ Ik wijs naar de papieren op de grond en kijk Liam afwachtend aan. Ik heb verdorie alle formulieren bij elkaar en we hoeven ze alleen nog te ondertekenen en dan is het huis van ons.
‘Jawel…’ Hij haalt zijn schouders op. Jawel? Het is in hem opgekomen maar toch heeft hij het niet gedaan. Geweldig. Echt geweldig gewoon.
‘Maar…?’ Ik kijk Liam met grote ogen aan, wachtend op antwoord, maar er komt wederom niets uit zijn mond en nogmaals haalt hij zijn schouders op.
‘Jeetje Liam! Wat een ongelofelijke klootzak ben jij!’ Het lijkt Liam niet te deren, want hij draait zich om, loopt weg en trekt de voordeur achter zich dicht. Ik wacht tot ik zijn auto hoor starten en hij de straat uit rijdt. Is dit soms een idioot geintje of zo?
Ik stamp de trap op en laat me huilend op bed vallen. Hoe durft hij dit te flikken? Dit kan hij toch niet maken? Ik dacht dat hij ook graag samen wilde wonen! De tranen stromen over mijn wangen en ik wordt met de minuut bozer. In een opwelling trek de deuren van mijn kledingkast open en gooi alles, maar dan ook echt alles op de grond. Als een op hol geslagen chimpansee smijt ik de kleding door de kamer. Dan ga ik wel lekker alléén in dat huis wonen! Briesend trek ik de lade met ondergoed open en smijt alles op de grond terwijl er een gil uit mijn mond ontsnapt. Ik pak mijn spullen en dan vertrek ik. Hij kan het bekijken! Nadat ik mijn kast letterlijk leeg getrokken heb staar ik naar de enorme berg kleding. Ik haat hem. Ik haat Liam. Ik haat hem meer dan wat dan ook. Huilend bel ik Rewina op.
‘Cleo!’ zegt ze vrolijk als ze opneemt.
‘Ree… Je moet komen!’ snik ik. ‘Nu!’
‘Rustig Cleo, ik kom er nú aan!’ Amper drie minuten later staat Rewina bij de deuropening van de slaapkamer.
‘Wat is er aan de hand?’ Ze kijkt me verbaasd aan en baant zich, half struikelend een weg door de textielberg die er ligt. ‘Niet huilen, Cleo! Wat is er gebeurd?’ Rewina bereikt het bed waar ik met mijn rug tegen zit geleund.
‘Ik haat hem!’ roep ik boos uit.
‘Wie? Wat is er gebeurd? Bedoel je Liam?’ Rewina kijkt me vragend aan. ‘Ik zag hem net wegrijden.’ Ik knik zonder iets te zeggen. ‘Wat heeft hij gedaan?’
Ik probeer een beetje te kalmeren.
‘Hij… Ik… toen ik…’ Ik besef me dat Rewina nog van niets weet van mijn verhuisplannen en snik een paar keer. ‘Hij heeft het uitgemaakt!’
‘Wát?’ roept Rewina uit. ‘Waarom?’
‘Weet ik veel. Dat zei hij niet. Hij haalde alleen maar zijn schouders op als ik iets vroeg.’
‘Wát? Hadden jullie soms ruzie of zo?’
‘Nee, helemaal niet… Alles was gewoon normaal. Tenminste dat dacht ik. We hebben het afgelopen nacht nog gedaan. Twee keer. En nu vertelt hij me dit. Klootzak!’
‘Meen je dat? Wat een rotstreek. Dat kan hij toch niet doen?’
‘Blijkbaar wel…’ Ik onderdruk een snik. Het lukt me om iets rustiger te worden, mits ik niet te veel nadenk.
‘Oké, eh… Nou Liam is gewoon een klootzak.’
‘Ja, zeg dat. Heel even is het stil. Ik weet dat Rewina ook even niet weet wat ze moet zeggen, maar ik vind het gewoon fijn dat ze er is.
‘Dus toen dacht je: laat ik de hele inhoud van de kledingkast op de grond gooien?’ zegt Rewina droog. Ik schiet in de lach. Daarom is ze zo’n goede vriendin. Ze weet me altijd op te beuren.
‘Ja, zoiets,’ zeg ik plagerig. Ik kijkt Rewina hoopvol aan. ‘Wil je me helpen? Ik heb er nogal een bende van gemaakt.’
‘Natuurlijk help ik je. En je had alle recht om er een bende van te maken, maar weet je zeker dat je hoofd daar nu naar staat?’
‘Ja, het is juist goed om iets om handen te hebben, dan hoef ik niet aan die klootzak te denken.’
‘Oké, wat jij wilt,’ zegt Rewina en ze steekt haar handen in de lucht. ‘Maar jeetje Cleo, wat heb jij een freakin’ hoeveelheid kleding.’
‘Tja…’ zeg ik en ik haal mijn schouders op. ‘Het een beetje uit de hand gelopen. Je weet wel, met corona.’
‘Corona? Een beetje uit de hand gelopen? Jezus Cleo. Je kunt een kledingwinkel openen! Hoe kom je aan al die kleding? De winkels waren toch dicht?’ Rewina kijkt me vragend aan.
‘Eh… Er bestaat zoiets als internet!’ zeg ik, wetende dat Rewina nog nooit iets online besteld heeft.
‘Dat is nog geen reden om alle kleding te kopen die je maar kunt krijgen!’ zegt Rewina verontwaardigd.
‘Ik heb heus niet álle kleding gekocht!’ zeg ik bits, maar ik weet dat hier een overdreven hoeveelheid kleding op mijn bed en op de grond ligt. Ik hou nou eenmaal van mooie kleren, daar kan ik ook niets aan doen. ‘Maar ik wil graag wat sorteren. Sommige dingen mogen weg.’
‘Ah, kijk, dat is een goed begin.’ Rewina knikt tevreden. Ik voel een knoop in mijn maag, want ik moet haar het andere nieuws ook nog vertellen en ik weet dat ze dat niet leuk gaat vinden.
‘Rewina, luister… Ik eh, moet je nóg iets vertellen…’ Ik durf haar bijna niet aan te kijken.
Rewina staart me afwachtend aan. Dit gaat ze niet leuk vinden.
‘Ik eh… ga… verhuizen…’
‘Wát?’ Rewina’s mond valt open en ze kijkt me met grote ogen aan. ‘Waarom? Hoezo? Heb je een huis gekocht?’
‘Nee, ik heb een huis… gekregen?’ Ik durf haar bijna niet aan te kijken.
‘Gekregen? Van wie?’ Rewina kijkt me vragend aan..
‘Herinner je je dat feest van mijn ouders nog? Die ‘gekke oom’ die er was, de broer van mijn moeder?’
Rewina denkt na. ‘Oh, ja die! Die wat mijn huidskleur maar bleef bewonderen.’
‘Ja, die!’ Ik wijs naar Rewina. ‘Nou, ik ben zijn enige nichtje en hij gaat emigreren naar Thailand. Daar heeft hij een vrouw leren kennen en nu schenkt hij mij dus zijn huis.’
‘Serieus?’ Rewina lijkt nogal overvallen door dit nieuws en dat begrijp ik heel goed.
‘Serieus. Het is helemaal afbetaald. Ik moet het alleen wel opknappen en inrichten naar eigen smaak.’
‘Dus die rare broer van je moeder heeft je een gratis huis gegeven?’
‘Eh, ja daar komt het eigenlijk wel op neer ja…’
‘What the fuck!’ Rewina staat hoofdschuddend te kijken. ‘Jezus Cleo, dit is niet niks.’ Plotseling blijft ze staan en kijkt me met grote ogen aan.
‘Wacht eens even… Die oom van je, die woont toch best ver weg?’
Oké, het kwartje begint te vallen. Ik zal haar het slechte nieuws moeten brengen.
‘Ja… Nou ja, vér. Wat is ver? Ik bedoel, Thailand, dát is pas ver. Hahaha…’ Ik probeer het luchtig te brengen, maar ik zie aan Rewina’s blik dat het geen zin heeft. ‘Oké, het is twee uurtjes rijden…’
Ik sla mijn blik neer en hoor Rewina vloeken. ‘Twee uurtjes? Zet maar gerust twee UUR!’ Het heeft Rewina geraakt. Dat had ik ook wel verwacht. Op handen en voeten klim ik over de berg kleding en baan me een weg naar mijn beste vriendin.
‘Sorry,’ zeg ik en ik sla mijn armen om haar heen. ‘Ik wist niet zo goed hoe ik het je moest vertellen, want ik wist dat je het niet leuk zou vinden. Daarom heb ik het steeds maar weer uitgesteld.’
‘Ik vind het echt niet leuk Cleo, écht niet!’ zegt Rewina beteuterd.
‘Weet ik. Weet ik Ree… Het spijt me.’
‘Nee, je hoeft geen sorry te zeggen. Ik snap wel dat je verder wilt en dit appartement een keer wilt verlaten. Ik had alleen nooit gedacht dat je zó ver weg zou gaan wonen. Ik dacht dat je hier in de buurt zou blijven. Dat we nog gewoon naar het karaokecafé konden gaan.’
‘Godzijdank kan dat niet meer,’ grap ik. Rewina schiet in de lach. Zij houdt van zingen. Ze kán ook zingen. Ik hou ook wel van zingen, maar ik kan het niet. Ik heb andere kwaliteiten zullen we maar zeggen.
‘Hey! Dat ik verder weg ga wonen betekent niet dat we elkaar niet meer zien, hoor,’ stel ik haar gerust. Het is even stil.
‘Als je dat maar belooft!’ zegt Rewina uiteindelijk en ze kijkt me met samengeknepen ogen aan.
‘Beloofd.’ Ik steek mijn hand naar haar uit en ze pakt hem vast.
‘Mooi. Dan vertel me nu maar eens wat de bedoeling is van dit alles,’ zegt Rewina en het vreemde sfeertje wat er zojuist hing is verdwenen.
‘Nou, ik wil dus mijn kleding een beetje gaan opruimen en sorteren. Sommige dingen kunnen misschien weg.’
‘Sommige?’ Rewina kijkt me vragend aan. ‘Bedoel je niet de meeste dingen kunnen weg en sommige wil ik houden?’ Ze steekt haar tong naar me uit en ik gooi een dikke trui naar haar toe als revanche. We zijn weer wie we horen te zijn.
‘Nou, ik wil gewoon een beetje orde brengen in de chaos. Je weet hoe ik ben…’
‘Jep… Ik weet precies hoe je bent! Ik ken je al zo ongeveer je hele leven.’
‘Laten we een stapel maken met kleding die ik wil houden, kleding die weg kan en kleding die ik nog kan verkopen of kan doneren of zo,’ zeg ik om ons op gang te helpen.
‘Dat lijkt me een goed plan, Cleo.’ Rewina bekijkt nogmaals de textielbende. ‘Jezus mina, wat heb jij veel kleding.’ Rewina wrijft door haar warrige, zwarte haar. ‘Ik zie dingen liggen die ik je nog nooit heb zien dragen.’
‘Nee joh! Ik draag bijna alles!’ zeg ik overtuigend. Rewina kijkt me aan en trekt een wenkbrauw omhoog. ‘Ja oké, niet álles maar wel veel!’
‘We zullen zien,’ zegt Rewina spottend en ze baant zich en weg door de enorme kledingbende. ‘Laten we hier maar gewoon beginnen…’ Rewina trekt een roze topje uit de stapel die op het bed ligt. ‘Dit ding… Ik heb het nog nooit gezien in al die jaren dat ik je ken.’ Rewina kijkt me vragend aan.
‘Nee! Die mag absoluut niet weg, dat is een heel fijn topje om ergens onder te dragen.’ Ik trek het topje uit haar handen en druk het tegen me aan alsof het me god weet hoe dierbaar is.
‘Oké…’ Rewina pakt het volgende kledingstuk. Het is een kort sportbroekje met van zo’n witte boorden. ‘Cleo, wat is dít?’ Met grote ogen kijkt ze me aan.
‘Oh, dat is nog van de middelbare school,’ zeg ik nonchalant.
‘Ik heb je dit nooit zien dragen, maar goed, het kan dat dus weg.’
‘Nee! Dat mag niet weg!’ roep ik vlug.
‘Waarom niet? Je zegt net dat het nog van de middelbare is?’ Rewina kijkt me niet-begrijpend aan.
‘Ja, maar daarom hoeft het toch weg?’ Fronsend kijk ik mijn beste vriendin aan. Dit gaat een lange middag worden ben ik bang.
‘Draag je het nog wel eens?’ Rewina kijkt me streng aan.
‘Nee, maar dat ga ik komende zomer wel doen,’ zeg ik stellig.
‘Hier,’ Rewina gooit de short naar me toe. Ik kan hem nog net vangen. ‘Aantrekken!’ commandeert ze.
‘Nee, daar heb ik nu geen tijd voor. We moeten opruimen.’
‘Aantrekken!’ Rewina klinkt serieus.
‘Goed, goed. Wat jij wilt…’ Ik doe mijn spijkerbroek uit en trek de short over mijn benen. Hm, ik ben wel iets flinker geworden. Ik trek de short iets verder omhoog, tot net onder mijn bil.
‘Past het?’ vraagt Rewina die me met haar armen over elkaar geslagen schuin aankijkt.
‘Ja hoor, even… een beetje… trekken en…’ Het geluid van scheurend textiel vult de kamer. Heel even is het muisstil en dan barst Rewina in lachen uit.
‘Te veel chocolade gegeten, Cleo!’ zegt ze terwijl ze lachend haar hoofd schud. ‘Kom op, doe dat ding uit en we gaan verder. Hij kan in elk geval op de stapel die weg kan,’ zegt ze terwijl ze ruimte aan het maken is op de vloer. ‘Die stapel komt hier…’ Ze schuift nog wat kleding op. ‘En de stapel met doneren komt hier…’ En nog een stukje verder maakt ze ruimte vrij. ‘En de spullen die je wilt houden komen hier.’
Met een gemengd gevoel trek ik mijn spijkerbroek weer aan. Wat gênant dat die short scheurde. Ben ik echt zoveel dikker? Ik dacht dat ik best wel netjes op gewicht was gebleven. Blijkbaar had ik het mis. Rewina heeft door dat het me niet lekker zit en komt naar me toe. Ze slaat een arm om me heen.
‘Kop op… Het is maar een stuk stof. Er zijn ergere dingen om te verliezen.’
‘Ja,’ zeg ik timide. ‘Dat klopt.’ Liam is een klootzak. Ik ben blij dat ik van hem af ben. Toch?
‘Kom, we gaan dit probleem hier tackelen.’ Rewina knikt naar de kleding. ‘We zetten een muziekje op en dan komt het helemaal goed.’
‘Oké,’ zeg ik en ik zoek naar een leuke playlist. ‘Let’s do this.’