Marleen Ouwerkerk

Creativity is the mind having fun

#9 Huisje Boompje Beestje

9

Ik heb minstens vijf wijntjes op en ik kan niet echt meer helder denken. Wat ben ik toch ook een koe! Ik zou maar één wijntje drinken. Eén wijntje… Maar het is zo gezellig met Sander. Hij is echt heel leuk en aardig en lief en ook nog eens superduper knap. Oh, zijn ogen! Ik kan er werklijk in verdrinken. Soms luister ik niet eens goed naar wat hij zegt, maar ben ik helemaal gehypnotiseerd door zijn blauwe ogen. We hebben dezelfde humor, zo is gebleken. We zitten al uren te kletsen en het gaat over van alles en ook over niets. Het is gewoon leuk om met hem te praten, waarover maakt niet uit, maar we hebben echt veel gemeen! Het blijkt dat we allebei houden van films kijken.
Sander kijkt graag naar Marvel.
Ik naar Disney.
Sander is super sportief.
Ik niet.
Sander houdt van biefstuk met champignons.
Ik ook.
Sanders angst is om alleen oud te worden.
De mijne ook.
Sander heeft een broer.
Ik toevallig ook.
Sander houdt van de muziek van Coldplay.
Ik vind dat ook leuk.
Hij heeft een vrouw.
Ik niet.

‘Zeg, ik geloof dat ik iets te veel wijntjes gedronken heb,’ zeg ik als hij over zijn vrouw begint en ik laat me achterover op zijn bed laat vallen en ik zucht diep. Ik wil niet dat hij een vrouw heeft.
‘Zal ik een taxi voor je bellen? Je kunt zo echt niet rijden…’ Sander kijkt me afwachtend aan. ‘Als ik zelf niet zoveel gedronken had, dan had ik je wel even gebracht, maar helaas… Het was iets té gezellig met je ben ik bang.’
‘Nee. Ik hoef geen taxi. Ik…’ Mijn kin valt naar beneden tijdens een grote gaap. ‘Ik wacht wel even…’ Ik sluit mijn ogen en denk na. ‘Hoe lang denk je dat ik moet wachten tot de wijn gezakt is?’ Sander lacht.
‘Dan kun je nog wel een paar uur wachten!’ Hij zegt het heel droog en ik moet keihard lachen. Ik lach tranen in mijn ogen en krijg zelfs buikkramp. Sander kijkt me al die tijd heel droog aan. Hij heeft ook echt teveel gedronken. Kijk hem daar nu zitten.
Na mijn lachbui ben ik helemaal wasted. Mijn ogen voelen zo zwaar. Ik doe ze héél even dicht, wacht tot de alcohol gezakt is en dan kan ik naar huis.

Met een bonkend hoofd word ik wakker. Het luchtbed ligt stukken beter dan ik me herinner. Het is ook veel warmer dan gisteren. Ik tast naast mijn hoofdkussen naar bij telefoon om te kijken hoe laat het is, maar tot mijn verbazing voel ik haar. Huh? Ik voel nog eens. Het lijkt wel op een hoofd… Ik probeer me te herinneren of ik iets gekocht heb wat vergelijkbaar is met een menselijk hoofd, maar ik kan me niets bedenken. Ik gaap flink en wrijf door mijn ogen. Dan draai ik mijn hoofd in de richting van al het haar dat ik zojuist voelde. Het is nog donker, maar ik zie de contouren van een hoofd. Mijn ogen worden groot, ik draai mijn hoofd weg en sla een hand voor mijn mond. Nee. Nee, nee, nee… Zeg niet dat het is wat ik denk. Heel voorzichtig draai ik mijn hoofd terug naar rechts.
‘O fuck!’ zeg ik en ik vlieg overeind. Dit kan niet. Ik ging toch naar huis? Ik zou wachten tot de alcohol gezakt was en dan naar huis gaan. Ik kijk om me heen en ontdek een nachtkastje. Mijn telefoon. Ik gris hem van het kastje en kijk hoe laat het is. 03:03 staat er op het scherm. Nee! Dat kan gewoon niet. Ik werp mijn blik weer op Sander, die roerloos op zijn buik ligt, met zijn hoofd de andere kant op gedraaid. Hij heeft geen shirt meer aan. Of hij verder nog iets aan heeft kan ik niet zien, daar ligt de deken. We hebben toch niet…? Nee toch? Enigszins in paniek loop ik naar de badkamer. Daar kom ik tot de conclusie dat ik mijn kleding nog aan heb. Godzijdank! Opgelucht ga ik op de wc zitten.
Wat moet ik nu? Moet ik naar huis rijden? Ik kan hier in elk geval niet blijven. Ik kom weer uit de badkamer, zoek mijn spullen bij elkaar en trek de deur zo stil als ik kan dicht en haast me naar beneden via de trap. Ik ben bang dat de lift te veel geluid maakt. Ik duw de deuren die naar de receptieruimte leiden voorzichtig open. Er brand licht. Goed, nu moet ik zo snel mogelijk naar de deur lopen en dan wegwezen. Zo geruisloos mogelijk haast ik me naar de klapdeur. Shit. Op slot.
‘Heeft meneer Sander zich vermaakt?’ hoor ik plotseling achter me. Ik blijf verstijfd staan. Nee hè. Niet hij.
‘Ik zou graag naar huis willen,’ zeg ik zonder om te kijken.
‘Ja, u zult wel moe zijn van zo’n lange nacht…’ Ik hoor de receptionist grinniken. Wat een sukkel.
‘Hoor eens…’ Ik draai me om. ‘Ik ben niet wat jij denkt dat ik ben. Ik ben gewoon een vriendin.’
‘Natuurlijk. Als u het zo wilt noemen.’
‘Ik meen het! Ik ken hem pas sinds vanmiddag!’
‘Hm.’ De receptionist knikt begrijpend. Ik maak het mezelf alleen maar moeilijker.
‘Ach, laat ook maar. Wat maakt jou het ook uit?’ Ik bal mijn vuisten en kijk woest naar mijn tiran. ‘Zou je zo vriendelijk willen zijn om de deur te openen? Ik moet naar huis.’
‘Natuurlijk.’ De receptionist knikt en ik draai me om naar de deur. Er klinkt een klik en ik grijp de klink van de deur snel vast. ‘Tot de volgende keer!’ roept de receptionist me na. Serieus? Gebeurd dit echt? Dat kan hij toch niet maken? Zoiets mag iemand in een hotel toch niet zeggen. Hij mag het niet eens impliceren. Hij mag niet eens denken. Hij mag eigenlijk helemaal niets. Wat een klootzak. Ik ga een klacht indienen. Dit zijn ongewenste… eh… intimiderende opmerkingen. Hij noemt me praktisch een hoer. Hoe durft hij! Met grote, stampende passen loop ik naar mijn auto en stap in. Wat een afgrijselijk hotel. Of ja, het personeel dan.

Terwijl ik naar huis rijd, komen de beelden van afgelopen avond terug en ik krijg een lach om mijn mond. Het was echt heel gezellig met Sander, maar ik mag nooit meer zoiets doms doen. Stel je voor dat we… Nee, gewoon niet aan denken. Waarom heeft hij eigenlijk een vrouw? Of ja, ik bedoel niet dat dat niet mag. Meer mensen hebben een vrouw, maar ergens had ik misschien, heel toevallig een heel klein ietsiepietsie beetje hoop gehad dat hij vrijgezel was, net als ik. Maar goed. Dat is dus niet het geval. Maakt verder ook niet uit, want ik zie hem waarschijnlijk toch nooit meer. Dit was een eenmalig iets. Sowieso is het stom om bij een vreemde te gaan douchen. Er had van alles kunnen gebeuren. Het was onverantwoordelijk van mij om dit te doen. Toch voelde het goed. Het voelde heerlijk. Of was dat de alcohol? Misschien zouden we elkaar helemaal niet mogen als we niets gedronken hadden. Dat kan natuurlijk.

Als ik thuiskom zakt de moed me in de schoenen. Het stinkt hier nog steeds. Het is koud en oud en alles staat vol met dozen. Waar ben ik aan begonnen? Ik loop door naar de achtertuin, maak mijn Tiny House open en kruip, met kleren en al onder mijn dekbed.
Terwijl ik in het donker voor me uit staar komen de beelden terug. We hebben wie ben ik gespeeld. We hadden allebei een blaadje op elkaars hoofd geplakt en we moesten raden wie de ander was. Ik ben Lady Gaga geweest. Hij Brad Pitt. Ik was ook een keer Simba van de leeuwenkoning en hij Spiderman. We hebben sappige verhalen over onze familie gedeeld, gewoon omdat het kon. We waren vreemden en kennen elkaars familie niet.
Het bleek dat hij en zijn moeder inderdaad een slechte verhouding hebben gehad en hij nu puur uit beleefdheid hier is. Morgen zou hij naar zijn moeder op bezoek gaan. Zijn broer zou ook komen, die heeft hij ook al meer dan een jaar niet meer gezien. Toen ik het hoorde besefte ik dat ik best wel een fijne, normale familie heb. Op oom Theo na dan. Die is een beetje vreemd…
Ineens besef ik me dat ik het geld nog niet overgemaakt heb aan Michel. Ik pak mijn telefoon, maak het geld – dat best wel veel geld is nu ik het er zo zie staan – over naar hem en waag een poging om in slaap te komen. Het lukt.

Als ik wakker word heb ik het snikheet. Ik heb over Sander gedroomd. O my god. Ik schaam me bijna voor mijn droom. Ik droomde dat ik bij hem op bezoek ging in het hotel, maar toen ik bij de receptie kwam moest ik eerst andere kleren uitzoeken van die akelige receptionist die er zat. Het waren allemaal hele foute setjes kleding. Ik wilde niet, maar hij zei dat hij me niet naar de kamer kon laten gaan als ik niet eerst iets uit zou kiezen. Uiteindelijk koos ik een kanten pakje met een hoop tierelantijntjes, kousen met kant en een lange, zwarte leren jas, met een rode bloem erop. Ik moest eerst bij de receptie mijn keuze laten zien en toen mocht ik eindelijk naar boven. Toen ik boven kwam bij Sanders kamer stond de deur op een kier. Ik duwde de deur voorzichtig verder open en toen kwamen er allemaal witte konijnen naar buiten huppelen. Daarna liep ik de kamer in en daar lag Sander op het bed. Hij had een strakke slip aan met een panter motief en een hele grote zonnebril. Zo groot dat zijn hele gezicht erachter verdween. Ik huppelde naar Sander toe en stelde hem allemaal vragen die hij moest beantwoorden. Er was ook ineens een quizmaster in de kamer, die zei dat als we goed ons best deden we een reis naar Tunesië konden winnen. De vragen die we kregen wisten we alleen niet juist te beantwoorden en het publiek (waar dat vandaan kwam weet ik niet) begon met boe-geroep. Sander en ik rende naar de badkamer en we zagen een bad dat vol was gelopen met oranje water. We gingen er allebei in zitten en ineens was het water mos geworden. We gooide al het mos uit de badkuip en lieten er water in lopen. Toen hadden we seks. Heel vaak. Maar we hadden wel onze kleren nog aan, dus eigenlijk kon het niet, maar toch voelde ik hem in me en zo. Toen Sander zijn zoveelste hoogtepunt bereikte wed ik wakker.
Gek dat je je kunt schamen voor een droom. Gelukkig komt nooit iemand te weten wat er zich vannacht in mijn brein afgespeeld heeft. 

Een beetje van mijn stuk gebracht sta ik op. Ik pak mijn telefoon en zie tot mijn verbazing dat het al half elf is. Ik heb ook een bericht van Michel. Hij heeft net de materialen besteld en die worden over twee dagen geleverd. Super!
Ik sta op, kleed me aan en besluit Rewina te bellen om te vragen hoe het met haar is. Ik heb besloten haar toch ook maar over Sander te vertellen.
Anderhalf uur later hang ik eindelijk op. Rewina was eerst boos geworden, dat ik zomaar bij een vreemde man naar zijn kamer was gegaan. Om te douchen ook nog. Daarna begon ze iets te kalmeren en zei ze dat ze het aan de andere kant ook wel weer een stoere actie van me vond en dit nooit van mij verwacht had. Ze zei dat de stad mij helemaal los maakte. Misschien.
Ik vertelde haar ook over Michel, dat hij al snel kan starten met de verbouwing. Mijn droom heb ik achterwege gelaten.